In opstand tegen ongeluk
Hij droeg een blauwe rokjas met een geel vest, daaronder een gele broek. Zijn liefde is onbereikbaar. Het lijden werd hem te veel, zijn liefdesverdriet kan hij niet meer aan. Er is nog maar één oplossing. Zelfmoord. Die arme Werther werd gek van verdriet, het zat als een dwangbuis om hem heen. Zijn zelfmoord bevrijdde hem van het lijden, maar beroofde hem van het leven.
De naamloze ikverteller uit Christophe van Gerrewey’s debuutroman Op de hoogte wordt ook in bedwang gehouden door zijn liefdesverdriet. In tegenstelling tot Werther probeert de verteller juist te overleven. Hij schrijft een brief aan zijn geliefde die eigenlijk geen brief is: ‘De belangrijkste reden waarom dit geen brief is, bestaat er echter in dat ik voor jou geen afzender meer kan zijn, en jij voor mij niet langer een ontvanger. Tegelijkertijd is er niemand tot wie ik liever het woord zou willen richten dan tot jou.’ De vorm is verwant aan Ischa Meijers Brief aan mijn moeder. Het schrijven is de revolte, het is de opstand tegen de absurditeit van de liefde, de verbroken relatie en het machteloze van het verdriet. (meer…)