Ellen Deckwitz heeft met haar bundel De steen vreest mij de prijs voor het beste poëziedebuut van het afgelopen jaar gewonnen – de C. Buddingh’-prijs 2012. Ze kreeg de prijs van € 1.200,- zojuist op het 43e Poetry International Festival. De andere genomineerden waren wijlen Jeroen Mettes (met Nagelaten werk), Max Temmerman (met Vaderland) en Michaël Vandebril (met Het vertrek van Maeterlinck).
In het juryrapport staat:
De steen vreest mij van Ellen Deckwitz is de hechtst gecomponeerde bundel. Een verhaallijn, die we hier niet gaan verklappen, houdt de bundel samen. Op het onheilszwangere begin volgt een uitdieping van de personages, een gezin met een ik, een broer, een moeder en een grootvader. Wanneer dan aan het eind de plot zich ontrolt, geeft die uitdieping hem zijn volle morele complexiteit mee: “Ik bleef nog heel lang bij/ de rand. Mijn rug jeukte, ik dacht/ nu komen vast mijn vleugels door.”
Deckwitz houdt van begin tot eind haar taal in de hand. Elk gebruikt beeld is een toevoeging. Beelden worden herhaald, waardoor ze een grotere eenheid bewerkstelligen. We zien de zoektocht van een puber naar een eigen identiteit ontsporen met een taalbeheersing die zelf tot in het laatste detail, tot in de licht kantelende typografie toe, ons als lezer op de rails houdt en ons aan het einde beloont met de nodige morele vragen.
De jury van de C. Buddingh’-prijs 2012 bestond uit Annelies van Hees, Xavier Roelens en Jan de Roder. Vorig jaar won Lieke Marsman met haar bundel Wat ik mijzelf graag voorhoud de debuutprijs.