De man van de vallende vrouw
‘De val heeft de dingen onuitputtelijk vermoeiend gemaakt.’ Dat is de beginzin van de debuutroman Een zondagsman van schrijver Daan Heerma van Voss. Een roman waarin de spanning langzaam wordt opgebouwd, mede door die geheimzinnige beginzin. Vele malen wordt er namelijk naar die val verwezen zonder dat de lezer nog precies weet wat er is gebeurd. Wie is er gevallen? Wat waren de gevolgen? Gedoseerd schuift Heerma van Voss in Een zondagsman de lezer informatie toe.
Doelloos
De hoofdpersoon in zijn debuutroman is de psychiater Oscar van Bohemen, een man wiens carrière ten einde loopt. In het begin van de roman zegt hij het contact met zijn laatste patiënt op, zodat hij de handen vrij heeft. De val uit de beginzin verwijst namelijk naar de val die zijn vrouw Ellen maakte toen ze hun woning op een dag verliet. Ze komt ongelukkig terecht, breekt meerdere nekwervels en raakt in coma. Ze wordt kunstmatig in leven gehouden. Van Bohemen zit vele uren aan haar bed in het ziekenhuis. Wanneer hij niet bij haar is, struint hij door de straten van Amsterdam, vooral in de eerste hoofdstukken van de roman, en overdenkt zijn leven met Ellen. De invulling van zijn leven, het einde van zijn carrière, het alleen zijn op straat, laat zo nu en dan zijn doelloosheid zien. Mooi is dan ook de verwijzing die Heerma van Voss naar De Avonden van Reve maakt: ‘Het is de school waar De Avonden is verfilmd. Als men vroeger niet wist op welke school ik zat, antwoordde ik altijd dat het de school was van die film. Het boek heb ik nooit gelezen.’ Net als Frits van Egters dwaalt hij door de straten. En, toeval of niet, in beide romans loopt het jaar ten einde en is de stad omhult door sneeuw. (meer…)