Nacht van de Poëzie 2013 – Kom nacht en wis mij uit
Het 31e motto van de Nacht van de Poëzie, gehouden in Media Plaza te Utrecht, is afgeleid van de zin: ‘Kom, o nacht, en wis mij uit, kom en doe mij in u verdwijnen.’ De versregel komt uit Het verstrijken der uren van de Portugese dichter Fernando Pessoa (1888 – 1935). Het verlangen uitgewist te worden door de nacht was bij ondergetekende zeker aanwezig, maar de Sehnsucht sloeg kort na binnenkomst om in angst: uitgewist te worden tijdens het oversteken van één van de futuristische bruggetjes en te verdwijnen in de nacht van een parallel universum.
Er vonden gelukkig geen zorgelijke celdelingen plaats en na een kort bezoek aan het warptechnologisch centrum (persruimte) was het haasten naar het hoofdpodium, dat was omgedoopt tot ‘Totaal Witte Kamer’, naar een gedicht van Kouwenaar. Een witte ruimte met daarin twee witte presentatoren: Ingmar Heytze en Ester Naomi Perquin introduceerden om beurten het indrukwekkende arsenaal aan dichters.
Ellen Deckwitz begon met een ode aan de tien jaar terug overleden C.O. Jellema. Cees Nooteboom haalde een Chinese dichter uit de achtste eeuw aan en reclameerde onder meer de zin: ‘De pijnboom zingt maar er is geen wind’. Wind was er echter wel degelijk, want boven de Totaal Witte Kamer klapperde vervaarlijk een Totaal Wit Zeildoek. (meer…)